Keuzestress
Kiezen tussen een vaste baan of mijn vertrouwde ZZP bestaan?
De coachklant is al geruime tijd werkzaam als zzp-er. Het werk bevalt haar goed maar ze merkt dat twee vraagstukken steeds terugkomen. 1)Ze mist collega’s waarmee ze kan overleggen. 2) Ze vind het moeilijk om nieuwe opdrachten te verwerven op gebieden waar ze minder kennis en ervaring in heeft. Ze wordt benaderd voor een interessante vaste baan bij een opdrachtgever. De vraag waar ze mee bij mij komt is of ze de vaste baan wil accepteren of dat ze zzp-er wil blijven en wil werken aan haar 2 vraagstukken. Het opstellen van een lijst met plussen en minnen schept onvoldoende duidelijkheid dus wat nu? We verhuizen de sessie van binnen naar buiten en co-coach Famke komt erbij.
Ik vraag haar twee oefeningen te doen. De eerste oefening wordt de tunnel. Die staat symbool voor het bestaan als zzp-er. De tweede oefening wordt een slalom lopen. Deze staat symbool voor de vaste baan. De oefening om co-coach Famke door de tunnel te leiden verloopt vloeiend. Famke snapt de aanwijzingen en loopt zonder twijfel in 1 keer door de tunnel en biedt aan het einde de losgelaten riem weer aan. De oefening om met co-coach Famke een slalom te lopen gaat rommelig, uit de pas en zonder in contact te zijn met elkaar. Het gesprek dat volgt is verhelderend. Hoe vind de coachklant zelf dat de oefeningen zijn verlopen? Waarom verliep de ene oefening zo soepel en kostte de ander meer moeite? Ik vraag haar; probeer eens hardop te denken? Met welk idee ben je begonnen? Met welk gevoel? En hoe is dat nu? De coachklant voelt zich na afloop in staat een passende keuze te maken en verdere vervolgstappen te bepalen.
“Door deze ervaring was ik staat om weer te voelen in plaats van te denken over mijn eigen coachvraag”